Onder het nieuwe stelsel is het niet meer mogelijk om bij overlijden voor de pensioendatum de opgebouwde pensioenpot vrij te laten vallen voor de nabestaanden om daarmee de nabestaandenpensioenen te optimaliseren. Op dit moment kennen we deze constructies nog wel bij pensioenverzekeraars en PPI’s.
Door: Berry van Sonsbeek, Product Marktmanager Zwitserleven
Waarom voegt een restitutievariant waarde toe voor deelnemers?
In de kern zijn er twee belangrijke redenen:
- 1. Het vrijvallende pensioenpotje kan bij overlijden van de deelnemer worden gebruikt om het nabestaandenpensioen te verbeteren. De mate waarin hangt natuurlijk wel af van hoeveel er in de pot zit. Voor jonge deelnemers heeft het over het algemeen een gering effect. Voor de wat oudere deelnemers kan het om substantiële bedragen gaan. En heeft het daarmee wel degelijk toegevoegde waarde;
- 2. Deelnemers zien hun pensioenpot als ’eigen’ geld. Zeker als ze ook nog met eigen vrijwillige stortingen de pot aanvullen om daarmee het pensioen te optimaliseren. In de dagelijkse praktijk zien we nu al bij PPI's en pensioenverzekeraars een duidelijke behoefte om dit ’eigen’ geld via de restitutievariant te ‘beschermen’ bij overlijden.
Toch kan het wegvallen van een restitutievariant ook waarde hebben voor deelnemers. Het feit dat de uitvoerder (pensioenfonds, verzekeraar, PPI, etc.) voordeel heeft bij overlijden – de persoonlijke pensioenpot hoeft niet te worden uitgekeerd – vertaalt zich meestal in een bonuspremie die jaarlijks aan de persoonlijke pensioenpot wordt toegevoegd (bij verzekeraars en PPI's), of in een toevoeging aan bijvoorbeeld solidariteitsreserves (bij pensioenfondsen). Met per saldo een klein voordeel (paar procent) van een hoger pensioen op de pensioendatum.
Als er dan toch nog dingen geregeld gaan worden in een veegwet, dan zou ik de Tweede Kamerleden willen oproepen hier nog eens kritisch naar te kijken. De argumenten omschreven in de brief van de minister om restitutie niet toe te staan, zijn in mijn beleving wel erg dun!
In haar brief refereert ze vooral aan de situatie na ontslag waarbij de mogelijkheid van een vrijwillige voortzetting van de dekking van het nabestaandenpensioen aan de orde is. Daarmee doet ze de discussie over de motie tekort.
Ik deel overigens wel de mening dat met het vervallen van de restitutievariant de uitvoering wat eenvoudiger wordt. Maar doet dit ook recht aan de wens van keuzes van de deelnemers? Daarbij maak ik me er zorgen over dat deelnemers daardoor minder snel geneigd zijn om bij te sparen in hun eigen pensioenregeling. Want bij overlijden voor de pensioendatum zijn ze dat ingelegde geld in ieder geval kwijt.
Alles overziende ben ik van mening dat de restitutievariant per saldo wel degelijk meer waarde toevoegt voor de deelnemer.
Dit artikel is gepubliceerd op 25 juli 2023