In al het geweld van sombere economische cijfers, handels- en valutaoorlogen en een mogelijke brexit is het cijfer voor het Amerikaanse consumentenvertrouwen van de Conference Board een beetje ondergesneeuwd. Onterecht, want dat cijfer is belangrijk (70% van de Amerikaanse economie wordt bepaald door wat de consument uitgeeft) en dit keer ook nog eens bijzonder. De Amerikaanse consument blijkt namelijk plotseling erg optimistisch te zijn geworden. Zowel de index voor de huidige omstandigheden als de index voor de verwachtingen zijn beide flink gestegen.
Op zich logisch. Joe Sixpack, de Amerikaanse Jan Modaal, ziet lagere belastingen en hogere lonen, terwijl er vrijwel geen inflatie is. Wat wil je nog meer als consument? Helaas is Joe altijd de laatste die merkt dat de economie verslechtert. Als bedrijven wat voorzichtiger worden, zullen ze uiteindelijk ook minder mensen in dienst nemen. Daardoor loopt de werkloosheid op en wordt uiteindelijk de consument geraakt.
Ik heb er een klein onderzoek naar gedaan en het consumentenvertrouwen blijkt eerder een contra-indicator. Als het vertrouwen hoog is (meer dan één standaarddeviatie boven het gemiddelde) staat de economie meestal op haar hoogtepunt. Dat was in ieder geval bij de afgelopen vijf Amerikaanse recessies het geval. Het consumentenvertrouwen heeft daarmee eenzelfde trackrecord als de befaamde yield curve.
Logischerwijs zien we dat ook op de beurs terug. In tijden van optimisme zijn de waarderingen vaak hoog en vice versa. Ik heb het sinds 1972 eens nagerekend. Als het Amerikaanse consumentenvertrouwen hoog is, is de koers-winstverhouding van de Amerikaanse beurs dat ook. Gemiddeld 23,9, terwijl het slechts 14,9 is bij een laag consumentenvertrouwen. Ook zijn de aandelenkoersen in de periode voorafgaand aan dat hoge vertrouwen al flink gestegen. In de twee voorafgaande jaren gemiddeld 38,7%. Bij een laag vertrouwen is dat slechts 3,1%. Een enorm verschil.
Een oude beurswijsheid zegt dat je beter kunt beleggen als iedereen somber is. En dat blijkt ook uit dit onderzoekje. Als u bij een hoog consumentenvertrouwen in aandelen belegt, maakt u in de twee jaar daarna een gemiddeld rendement van 13,3%. Bij algehele somberte verdient u daarentegen maar liefst 25,1%.
Nu het consumentenvertrouwen op een hoogtepunt staat, geven deze statistieken een duidelijk waarschuwingssignaal. Fijn dat iedereen zo positief is, maar dat duurt niet eeuwig. Opgaande markten gaan niet dood door ouderdom, ze sterven omdat er niemand meer over is om nog optimistischer te worden. Als de Amerikaanse consument overenthousiast is, is het verstandig om niet in dat enthousiasme mee te gaan. Voor de koopkans met een lange termijn moet u wachten totdat iedereen weer somber is.